Uit het vorig deel … ‘waarvoor een transitie van de gehele samenleving nodig is.’
Zelf heb ik ook een flinke transitie meegemaakt. Met mijn fiets heb ik een flinke smak gemaakt. Dit was in 2014 waardoor ik een flinke wond op mijn hoofd had en ook bloed in mijn hersenen. Hierdoor had ik uitvalverschijnselen waardoor ik niet meer kon lopen, moeilijk kon praten en niet goed kon zien. Ik heb daardoor opnieuw moeten leren lopen, veters strikken en de motoriek in mijn linkerhand moeten trainen. Om de circulaire economie te leren begrijpen is het nodig om een aantal zaken opnieuw te leren. Opnieuw leren kijken, opnieuw leren praten en opnieuw leren lopen in deze onbekende omgeving.
Voor het ongeval was ik altijd erg druk met duizend en een dingen, ik kwam vaak te laat en voelde constant stress. Bijvoorbeeld als ik in de ochtend opstond, was het altijd een race tegen de klok. Vlug ontbijten, opfrissen, aankleden, tanden poetsen en mezelf klaar maken voor de dag. Ik wilde graag mijn steentje bijdragen aan deze wereld en dacht dat hoe meer ik kon doen, des te beter het was. Zo had ik meerdere bijbaantjes, was ik bij verschillende verenigingen actief, deed ik een opleiding die meer dan fulltime tijd van me vroeg en wilde ik graag met vrienden samen zijn. De dagen gingen snel voorbij en ik leefde in een soort rush; alsof je high bent.
Het is een sneltrein die ik niet kan stoppen, zo dacht ik. Door het ongeluk was het een gedwongen noodstop. En heel vreemd toen ik in een ziekenhuis bed wakker werd, voelde ik me heel vredig en fijn. Ik hoefde even niks meer en mocht gewoon even ‘zijn’. Niks moeten, geen haast, geen druk,… heerlijk terwijl ik daar met een wond op me hoofd lag en maar half besefte wat er nou eigenlijk gebeurd was.
Na het ongeval ging ik revalideren en leerde ik onder andere opnieuw lopen. Ook kreeg ik fitness meerdere keren per week. En toen viel me iets vreemds op. Ook zou ik vaker gaan sporten, daarmee zou mijn herstel niet sneller gaan. Met andere woorden mijn fysieke verbetering is niet direct gelijk aan mijn mate van inspanning. Ik had juist veel slaap nodig in die periode en deed graag een dutje tussen de middag. De rush die ik voorheen zo fijn dacht te vinden, miste ik totaal niet. Daarmee ging ik twijfelen aan mijn aanname; is meer ook beter?
Is er dan een andere manier vroeg ik me af. Het antwoord kwam in de vorm van een quote die ik voorbij zag komen op het internet: “De natuur heeft geen haast, en toch wordt alles volbracht.” Daar hebben we weer de natuur dacht ik bij mezelf. Dat was voor mij een reden om nog eens stil te staan bij het model van moeder natuur. Denk er eens even over na bij de volgende vragen. Wie is de CEO van de natuur? Wie is er de eigenaar van een boom, plant of stukje grond in de jungle? Is alles in de natuur afhankelijk of onafhankelijk van elkaar? Kun je uitleggen hoe dat dan bij een mug en een giraffe zit?
De op een na laatste vraag was niet helemaal eerlijk, daar is namelijk nog een derde antwoord mogelijk: het is zowel afhankelijk en onafhankelijk. In de natuur is namelijk alles interafhankelijkheid (ook wel wederzijdse afhankelijkheid) van elkaar. Dat houdt in dat alles tegelijkertijd afhankelijk en onafhankelijk van elkaar is. Het is een valse tegenstelling om te laten kiezen voor het een of het ander. Dit soort vragen traint ons onbewust in of-of denken, denken in afscheidingen. Het is OF dit OF dat, niet allebei.
En besef even dat als je dacht dat alles afhankelijk was, je dus gelijk had, maar ook als je dacht dat alles onafhankelijk was van elkaar. Om nog even terug te komen op die mug en giraffe; ik weet niet hoe ze afhankelijk zijn van elkaar. Ik denk dat wij die complexiteit nooit helemaal kunnen bevatten.
Als kind is iedereen compleet afhankelijk van een ouder, naarmate je ouder word, wil je onafhankelijk zijn of stimuleert de omgeving dit. En als volwassene zal je ervaren dat je tegelijkertijd afhankelijk bent van anderen maar ook onafhankelijke individuele keuzes maakt. Je zou afhankelijkheid ook anders kunnen uitleggen. Namelijk dat iedereen in zijn jonge jaren geprogrammeerd word, meestal met de beste bedoelingen. En dat je onafhankelijk wil worden van deze programmering maar er altijd wel te mee te maken. Je kan dan op zoek naar een manier om je programmering, jouw gewoontes voor je te laten werken. In balans kom je dan tot wederzijdse afhankelijkheid: tegelijkertijd afhankelijk en onafhankelijk.
Dat geeft ons meteen een mooie lens om door te kijken. Zo is het vanuit ons individuele perspectief dag óf nacht. Maar vanuit het perspectief van de gehele planeet is het altijd tegelijkertijd dag en nacht. Dit is ook de bril die we gebruiken om naar de aarde te kijken; als één interafhankelijk geheel. Je zou dit ook een holistisch perspectief kunnen noemen, altijd het geheel in beschouwing nemen. Onze planeet is een complex geheel waar we lang niet alles over weten. Dat doet mij ook altijd denken aan de ‘Circle of Life’
Of deze: “… en doordat je mijn gezang kunt horen weet je ook wat stilte is want het een kan niet zonder het ander. Pak maar m’n hand stel niet teveel vragen. “
Tot zover deel #2 van deze reeks, voor een tipje van de sluier van wat er in het vervolg aan bod komt zie www.monatisa.nl
“Hersenstichting en Zorg Coöperatie Schaijk ism bibliotheek Schaijk verzorgden op 2 december 2020 een voorlichtingsavond over niet aangeboren hersenaandoeningen. Dieuwke Aberson van de Hersenstichting geeft inzicht in de werking van de hersenen en geeft tips met betrekking tot onbegrepen gedrag en andere gevolgen bij hersenschade (letsel). Oud-huisarts Jan de Leur gaat in gesprek met twee jongeren die inzicht geven in hun leven na een hersenaandoening.” Als een van die twee jongeren mocht ik mijn ervaring delen, zie hier de video die direct start bij mijn verhaal.